Uitpakken op Pico Jano
Na een geslaagde première in Nederland en het Baskenland – de achterstand op Roglic beperkt gehouden en geen fysieke averij opgelopen – begon Remco Evenepoel met goede moed aan zijn eerste examen: de zesde rit met finish op de Pico Jano, de eerste van acht aankomsten bergop in deze Vuelta. Vooraf waren de ambities relatief bescheiden en leek de overige klassementsrenners volgen de primaire doelstelling, maar dat was buiten Remco gerekend. Op de verrassend sterke Enric Mas na reed hij alle medefavorieten klink uit het wiel. De ritzege ging naar Jay Vine, maar Evenepoel mocht nadien wel zijn allereerste leiderstrui in een grote ronde aantrekken. “Dit pakken ze hem al niet meer af”, was op dat moment de teneur, maar dat hij het rode kleinood zou vasthouden tot in Madrid, durfde niemand toen al hopen.
Bevestigen op steile Praeres de Nava
Die eerste dagen in de rode leiderstrui waren mooi, maar in het verdere verloop van de Vuelta moesten nog heel wat vraagtekens weggewerkt worden. Hoe zou Evenepoel zich daags voor de tweede rustdag bijvoorbeeld uit de slag trekken op Les Praeres de Nava, een steil onding met pieken tot 24%? Spaanse muurtjes waren in het verleden niet meteen de specialiteit van Evenepoel, maar in de verraderlijke finale veegde hij samen met zijn ijzersterke ploeg alle voorbehoud van tafel. Na een knappe lead-out van wereldkampioen Alaphilippe nam Remco het heft zelf in handen en smeerde hij zijn concurrenten extra achterstand aan. Zelfs de steilste percentages kregen een stoïcijnse Evenepoel niet klein. Meer dan een minuut voorsprong op Mas en bijna 2 minuten op Roglic, terwijl de individuele tijdrit nog moest volgen: een droomscenario …
Mokerslag in de individuele tijdrit
“Top 10 en een ritzege: dan zou mijn Vuelta geslaagd zijn”, zei Evenepoel voor aanvang. Op de Pico Jano en Les Praeres de Nava bewees hij met glans dat die eerste ambitie geen probleem mocht vormen, maar etappewinst zat er voorlopig nog niet in. Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat Remco daags na de tweede rustdag met de nodige grinta aan de individuele tijdrit in Alicante begon, een afspraak die al lang met stip genoteerd stond in zijn agenda. Dat deze chrono plaatsvond in een van zijn favoriete trainingsstreken, zorgde voor extra motivatie. De ‘aerokogel’ stelde niet teleur. Sterker nog: hij blies de tegenstand volledig weg. Roglic kon de schade nog enigszins beperken tot driekwart minuut, maar de rest kreeg een oplawaai van jewelste. Mas moest over 30,9 kilometer 1’51” toegeven. Zelfs de meest hardnekkige twijfelaars gingen overstag: ja, deze Remco Evenepoel kon de Vuelta winnen!
Volharden in de Sierra Nevada
Perfectie bestaat niet, en al zeker niet in een grote ronde. Twee dagen na zijn triomf in de tijdrit schoof Evenepoel onderuit in een ogenschijnlijk onschuldige afdaling. De schade viel mee en op de slotklim gaf Evenepoel geen krimp, maar de schaafwonden lieten wel hun sporen na. Dat werd duidelijk in de rit naar Sierra de La Pandera, waar Remco de nodige hinder ondervond van zijn blessures en geen antwoord had op de snedige demarrage van Roglic. Evenepoel boog, maar brak niet. De achterstand die hij Roglic aansmeerde in de tijdrit werd tenietgedaan, maar ‘El Lider’ bleef er kalm onder. Toch leefde wielerminnend België met een bang hartje toe naar de zondagrit met aankomst op de Sierra Nevada, op circa 2500 meter hoogte – eveneens een onbekende factor voor Evenepoel. Mas pakte iets meer dan een halve minuut terug en ook Roglic sprokkelde enkele seconden, maar Evenepoel beet op de tanden en ging de laatste week van de Vuelta in met een voorsprong van 1’34” op Roglic en 2’01” op Mas. De eindzege was nu echt wel binnen handbereik …
Kers op de taart op Alto del Piornal
“Het ergste en het steilste is achter de rug, maar het blijft natuurlijk opletten geblazen”, schreven we in onze voorbeschouwing op de slotweek van de Vuelta. Dat bleek al meteen in rit 16. Terwijl Evenepoel met een leegloper kampte en slim gebruikmaakte van de 3 kilometerregel, pakte Roglic uit met een forse versnelling. Helaas kwam de Sloveense titelverdediger bij het inzetten van de eindsprint ongelukkig in aanraking met Fred Wright en crashte hij zwaar, met een opgave tot gevolg. Na de exit van Roglic was Mas de enige overblijvende concurrent voor de eindzege. De Spanjaard zette Evenepoel twee dagen later stevig onder druk op de Alto del Piornal, maar Remco bleef koel en maakte het ijskoud af in de sprint. “De meest perfecte dag ooit”, jubelde hij nadien, in de wetenschap dat de rode leiderstrui hem in principe niet meer kon ontglippen. Ook de verraderlijke voorlaatste rit overleefde hij met brio, waardoor hij in Madrid mocht plaatsnemen op het hoogste schavotje. 44 jaar na Johan De Muynck heeft België opnieuw een groterondewinnaar. Eentje die bovendien amper 22 jaar oud is en die eind april ook al Luik-Bastenaken-Luik won. Een landgenoot die in hetzelfde seizoen een Monument én een grote ronde op zak steekt: het was al sinds … Eddy Merckx in 1973 geleden. Het mag duidelijk zijn: de toekomst lacht Remco Evenepoel (en het Belgische wielrennen) meer dan ooit toe …