Het vrouwenwielrennen viert hoogtij en daar is (bijna) niemand tegen. De kwantumsprong die de sport de voorbije vijf jaar gemaakt heeft, is vrij ongezien: er is meer media-aandacht, sponsoren bieden zich aan, wedstrijdorganisatoren vallen mekaar over de voeten voor een gunstig plekje op de kalender, WorldTour-ploegen rijzen als paddenstoelen uit de grond en heel wat rensters beginnen eindelijk hun boterham te verdienen met koersen. Maar hoe zit het precies op Belgisch niveau? Is het allemaal rozengeur en maneschijn met een boegbeeld als Lotte Kopecky, die sinds haar zeges in de Strade Bianche en de Ronde van Vlaanderen definitief tot de absolute wereldtop behoort? Of is er nog steeds sprake van wolfijzers en valkuilen? Wij gingen te rade bij vier experts, die het Belgische vrouwenwielrennen beoordelen aan de hand van vijf pittige stellingen.
Onze experts
- Jolien D’hoore
- Lieselot Decroix
- Griet Langedock
- Ine Beyen
Onze stellingen
- Lotte Kopecky zal het vrouwenwielrennen de komende vijf jaar domineren
- Toppers als D’hoore, Kopecky en Cant waren toevalstreffers en geen verdienste van een of ander opleidingsmodel
- België zal de kloof met Nederland (n)ooit kunnen dichten
- Projecten als ‘Zij aan Zij’, ‘Kopvrouwen’ en ‘Femmeus’ zullen van België op termijn de nummer 1 in het vrouwenwielrennen maken
- De boom van het vrouwenwielrennen gaat te snel voor de sport op dit moment
Lees het volledige artikel in de nieuwe editie van Cycling, nu verkrijgbaar in de winkel, HIER online te bestellen of HIER online te lezen via Blendle. Abonneer je HIER en geniet van onze aantrekkelijke abonnementsformules!