Wielerjaar 2021 was er een om duimen en vingers bij af te likken. Tijd om de balans op te maken. Wie waren de beste leerlingen van de klas? Welke renners en rensters scoorden een voldoende? En van wie hadden we dit seizoen toch meer verwacht? U leest het deze week op onze website. Beginnen doen we bij de grootste onderscheiding, die is voorbehouden voor twee absolute kleppers die het seizoen van begin tot eind kleurden.
Tadej Pogacar
Luik-Bastenaken-Luik en de Ronde van Lombardije: Tadej Pogacar is de enige wielrenner die in 2021 twee Monumenten wist te winnen. Geraint Thomas en Chris Froome teerden in het verleden op trainingsstages, gekoppeld aan een paar voorbereidingskoersen, en werkten vervolgens hun Tour de France af. Zo zit de Sloveen van UAE Team Emirates niet in elkaar, want ook na zijn tweede eindwinst in ‘La Grande Boucle’ ging hij gewoon door op z’n elan en pakte hij zelfs olympisch brons. Verder won hij dit voorjaar ook nog Tirreno-Adriatico en de UAE Tour. Hij koerst van februari tot oktober, en dat op attractieve wijze. Volgens de poll op deze website was hij dan ook dé wielrenner van het jaar (51%), met een volle fietslengte voorsprong op runner-up Wout van Aert (29%).
Wout van Aert
Moeten we hier nog tekst en uitleg bij geven? Na het wonderjaar van 2020 bevestigde ‘WVA’ in 2021 met alweer enkele machtige zeges. Zijn raid op de Mont Ventoux (2x) was misschien wel de meest verrassende van allemaal, al mocht zijn sprint op de bekendste boulevard van Parijs er ook wel zijn. En dan hebben we het nog niet over Gent-Wevelgem, de Amstel Gold Race, het Belgisch kampioenschap en de indrukwekkende tweede plaatsen in Tirreno-Adriatico, de olympische wegrit en het WK tijdrijden gehad …
Dit artikel verscheen in de zesde editie van Cycling, nu verkrijgbaar in de winkel, HIER online te bestellen of HIER online te lezen via Blendle. Abonneer je HIER en geniet van onze aantrekkelijke abonnementsformules!