Deel dit artikel:
Dirk Van Thuyne: “Matis Louvel is een naam die bij weinig wielerliefhebbers een belletje zal doen rinkelen. Alhoewel, de 23-jarige Fransman maakte vorig jaar indruk tijdens de Druivenkoers. In volle finale glipte hij mee met de goede ontsnapping en op de laatste helling – de Moskesstraat – kletste hij zijn medevluchters uit het wiel. Niet Janneke en Mieke, wel Arnaud Démare, Simon Clarke en Dries Van Gestel (overigens nog een naam om in de gaten te houden). Een indrukwekkende Matis Louvel reed solo naar de streep in Overijse.
Dat Matis Louvel gemaakt is voor het Vlaamse voorjaar mag blijken uit een mooi lijstje ereplaatsen in de kasseiklassiekers: veertiende in de Omloop Het Nieuwsblad, negentiende in Dwars door Vlaanderen, zeventiende in de Ronde van Vlaanderen, vijftiende in Parijs-Roubaix en zesde in de Tro-Bro Léon. Zijn regelmaat bewijst dat een allereerste uitschieter slechts een kwestie van tijd is. Na een rustperiode stond Louvel ook aan de start van de Ronde van Frankrijk, een zware opdracht die hij tot een goed einde bracht. Nu hij een rittenkoers van drie weken in de benen heeft, zal hij alleen maar sterker geworden zijn. Het zou een mooie beloning betekenen voor zijn ploeg Arkéa Samsic, die zich door de jaren heen opwerkte en vanaf 2023 deel uitmaakt van de WorldTour.”
Tim Janssens: “Deze 23-jarige Brit is een van de renners waar ik geweldig naar uitkijk in 2023. Het bleef misschien een beetje onder de radar omdat hij nog geen profzege boekte, maar Fred Wright was zonder twijfel een van dé revelaties van vorig wielerseizoen. Wie tweede kan worden in een Tourrit en vijf top 5-plaatsen vergaart in de Vuelta heeft heel wat in zijn mars, maar vooral zijn zevende plaats in de Ronde van Vlaanderen belooft erg veel goeds voor dit (voor)jaar. In de Ronde van Valencia sprokkelde hij reeds twee top 10-noteringen, dus met de conditie zit het alvast goed.
Mijn keuze voor Fred Wright is niet alleen ingegeven door de stellige overtuiging dat hij in de (semi)klassiekers tal van mooie ereplaatsen zal verzamelen, maar ook door zijn enthousiaste, attractieve manier van koersen. In 2022 kwam er nog heel wat jeugdige naïviteit aan te pas: niet te veel pokeren in de aanloop naar de sprint, maar onverstoord doorstomen en vervolgens glad geklopt worden door lepere medevluchters. Waardevolle leermomenten die hem zullen helpen om zich voortaan niet meer aan dezelfde steen te stoten. Ik twijfel er niet aan dat het in 2023 wél raak zal zijn voor deze Britse Colbrelli. Misschien al in het openingsweekend of de ‘Heilige Week’ …
Steven Kins: “Hij mag dan wel al aan zijn vierde seizoen bij Trek-Segafredo toe zijn, de bebaarde Amerikaan is nog altijd maar 21 jaar. Zijn prille carrière werd al even een halt toegeroepen vanwege nogal foute keuzes op social media, maar dat soort jeugdige stommiteiten lijken tot het verleden te behoren.
Met intussen al een Vuelta en een Tour onder de gordel moet hij dit jaar klaar zijn om zijn talent helemaal te bevestigen. Hij werd namelijk wereldkampioen bij de junioren in Harrogate en etaleerde vorig seizoen al vlagen van zijn kunnen door lang mee te draaien met de toppers tijdens de Strade Bianche of door rit- en eindwinst te pakken in de Ronde van Wallonië. Dit voorjaar moet hij zijn neus echt aan het venster kunnen steken. Zijn Vuelta a San Juan kan daar een mooie voorbode van zijn.”
Thijs Delrue: “2021: winnaar van Dwars door het Hageland, twee in Le Samyn, vijfde in Tro Bro Léon. 2022: zesde in de Omloop, negende in Le Samyn, zesde in Nokere, elfde in de E3. 2023: als de progressie gerespecteerd wordt, moeten er dit jaar nog dichtere ereplaatsen of misschien zelfs een vette vis in zitten voor de Noorse beer Rasmus Tiller. Zijn ontgoocheling na zijn ‘slechts’ zesde plaats in de Omloop van vorig jaar getuigt alvast van gezonde honger.
Met 84 kilo voor 1,86 meter heeft de Noorse kampioen een vergelijkbaar gabarit als zijn landgenoten Thor Hushovd en Edvald Boasson Hagen. Die wonnen allebei Gent-Wevelgem, en misschien kan Tiller in hun voetsporen treden. Maar zelf verwacht ik hem vooral in Parijs-Roubaix, net vanwege dat bonkige lichaam. Om een (semi)klassieker te winnen, zal hij hoe dan ook een portie geluk nodig hebben, ook met het koersverloop, maar als vrijbuiter van Uno-X moet hij op een goede dag in staat zijn mee te glippen met de tenoren en – wie weet? – te profiteren van hun onderlinge geloer.”
Tom Vandenbussche: “Deze Nederlander is een nog altijd maar 21-jarige ploegmaat van Wout van Aert bij Jumbo-Visma. Door de sterke klassieke kern bij die ploeg, met ook Dylan van Baarle en Christophe Laporte, zal Kooij niet zo heel vaak op Vlaamse wegen te bespeuren zijn, maar als hij wel aan de start verschijnt en we mild lenteweer krijgen, kan hij verrassen. Kooij is momenteel voorzien voor Brugge-De Panne, Gent-Wevelgem en Dwars door Vlaanderen. Tegen dan heeft hij misschien al enkele zeges op zak, want na de UAE Tour rijdt Kooij Parijs-Nice en de GP Denain.
Kooij wordt bij Jumbo-Visma begeleid door Robert Wagner. De Duitser gelooft in een toekomst als klassieke renner, omdat hij vlot hellingen verteert en daar de komende jaren nog in zal groeien. Kooij is op fysiek vlak een atypische sprinter: scherper, minder gespierd en behoorlijk goed bergop. Volgens Wagner kan Kooij zelfs de eerste Nederlandse winnaar van Milaan-Sanremo sinds Hennie Kuiper in 1985 worden, maar voorlopig prijkt hij niet op de deelnemerslijst. Logisch natuurlijk, met een ploegmaat die luistert naar de naam Van Aert. Maar mits een uitstekende ‘Koers naar de Zon’ kan de ploegleiding misschien wel op andere gedachten gebracht worden. En dan kan alles …”
Frederik Backelandt: “Tuurlijk kijken we met z’n allen uit naar de grote doorbraak van Arnaud De Lie, de man van wie iedereen verwacht dat hij dit jaar een reuzensprong voorwaarts maakt en zal gaan flirten met winst in een klassieker of zelfs Monument. Lotto Dstny is echter meer dan Arnaud De Lie. Achter de coming man van de Belgische wielersport vind je een aantal figuren die in diens schaduw stappen kunnen zetten. Een van die figuren is Arjen Livyns. Het levende bewijs dat je ook nog kan groeien als coureur, ook al ben je geen prille twintiger meer.
De 28-jarige Livyns deed de voorbije jaren zijn ding in kleinere wielerploegen. De afgelopen drie jaar fietste hij in de kleuren van Bingoal Pauwels Sauzen WB. De frêle Livyns – 58 kilo voor 1,70 meter – is me de voorbije jaren af en toe opgevallen in de finale van eendagskoersen. Vorig jaar werd hij nog zesde in de Brussels Cycling Classic en achttiende in Gent-Wevelgem. Ondanks zijn tenger postuur kan hij dus wel zijn prijsjes rijden. En nu maakte hij de overstap naar een sterkere formatie, Lotto Dstny, een move die welkom was en die hij ook verdient. Livyns verklaarde in een recent interview dat hij zijn zinnen heeft gezet op de voorjaarsklassiekers. De grinta en drang zijn er en ik geloof dat zijn promotie naar Lotto Dstny en de bijbehorende professionelere levensstijl hem zullen bevrijden. De ploeg ziet ‘m vooral in een dienende rol, maar ik geloof dat hij sneller dan verwacht een beschermd statuut kan gaan versieren. Dat kan hij doen door zich te tonen in enkele voorjaarskoersen, te beginnen in Kuurne, al verwacht hij zelf écht goed te zijn vanaf Harelbeke.”
Kersten Steurbaut: “Een jaar geleden ontpopte Magnus Sheffield (zie hoofdfoto) zich nog uit het niets tot een triomferende tienersensatie in de Brabantse Pijl. Met zijn negentien jaar onttroonde hij Edwig Van Hooydonck als jongste winnaar. Extra straf omdat hij pas op z’n vijftiende is beginnen koersen. Dat de Amerikaan, die in zijn debuutseizoen ook nog een rit in de Ruta del Sol en de Ronde van Denemarken won, zich in 2023 opnieuw in de kijker zal rijden, lijkt dan ook een zekerheid.
Hij begon het seizoen alvast goed met een vierde plaats in de Tour Down Under. Voor het toptalent van INEOS Grenadiers mag het in het voorjaar wel iets meer zijn. Niet zomaar bevestigen, maar zich mengen met de grote jongens en meedingen naar een grote vis. Als wereldrecordhouder op de individuele achtervolging bij de junioren is hij een renner om in de slotkilometers in het oog te houden. Van de Omloop via de Strade tot Luik. Kansen in overvloed. Benieuwd wanneer hij zijn pijl deze keer zal afschieten …”
