Deel dit artikel:
Niet alleen de lengte, ook de geschiedenis van de wedstrijd is uniek. In 1966 werd ze voor het eerst georganiseerd, toen nog voor een deel op grind. Drie deelnemers misten geen enkele editie! Eén van hen, Lars Åke Åkerman, vertrok in de eerste groep op vrijdagavond om 19u30.
Net voor de start konden we hem spreken. ‘Sinds januari heb ik ongeveer 6.000 kilometer op de teller staan, voordien was ik ook actief met de mountainbike. De druk te presteren is er wel natuurlijk als je zo lang meedoet. Maar ik heb er vertrouwen in want ben redelijk in vorm’, aldus de 75-jarige Zweed.
In totaal stonden er 53 verschillende nationaliteiten aan de start in Motala. Na de Zweden waren de Duitsers het best vertegenwoordigd. Maar er deden ook 60 Belgen mee. Kris Aerts uit Lille was samen met drie fietsvrienden de woensdag voordien al naar Zweden afgezakt. Vrijdagavond om iets voor tien gingen ze van start.
En, toeval of niet, ook een andere Belg die we volgden kwam uit de Kempen. Jan Blockx van Kasterlee was niet aan zijn proefstuk toe als het om extreme fietsuitdagingen gaat. Hij reed eerder al onder andere Bordeaux-Parijs (600 km), Parijs- Brest- Parijs (1200 km) en Londen- Edinburgh -Londen (1400 km).
Hoe de Belgische Kempenaars het er van afbrachten, of de drie veteranen ook het einde van de 50ste editie haalden, welk koninklijk bloed er mee reed in de Vätternrundan, welke ex-prof het wedstrijdrecord brak en het verhaal over de eerste-man-die-al-gevallen-was-maar-nog-op-zijn-fiets-zat: je leest het allemaal in cycling.be magazine van augustus. In afwachting kan je al genieten van een foto-impressie in onze fotospecial. Skål!
