Deel dit artikel:

Heilige Handen: Pierrot De Wit

Pierrot De Wit (90) is een veteraan onder de verzorgers. We zochten de krasse Brusselse knar op in zijn woonplaats Etterbeek, waar hij aan de lopende band anekdotes oprakelde over al die legendarische kampioenen die op z’n massagetafel lagen: van Koblet over Maspes en Sercu tot Merckx.

‘Soigneurs’ waren er al van zodra het wielrennen ontstond. Ze zijn van alle tijden. In de loop der jaren zijn hun rol en takenpakket veranderd. Ook hun imago en reputatie wijzigde. Toen ik Guillaume Michiels belde, een van de meest iconische soigneurs die ons land heeft gekend, zei hij meteen waarop het stond. “Ik wil liever niks meer zeggen. Soigneur zijn toen en verzorger zijn nu: het is een wereld van verschil. Wat kan ik nog vertellen? Alles is gezegd en geschreven wat mij betreft”, aldus Michiels, die in de jaren zestig en zeventig twee handen op één buik was met Eddy Merckx en de grootste triomfen van de ‘Kannibaal’ meemaakte. Jammer genoeg gaf Guillaume dus te kennen dat hij past voor de afleveringenreeks ‘Heilige Handen’, iets waar we alleen maar begrip voor kunnen opbrengen. Op een steenworp van Guillaume Michiels woont gelukkig nog een andere Brusselse soigneur die Merckx (letterlijk) onder handen heeft genomen. Pierrot De Wit is zijn naam.

In de catacomben

Het is lang niet alleen bij Merckx gebleven. Heel veel coureurs, zowel kleine als grote, lagen op de massagetafel van De Wit. We zoeken Pierrot op in zijn huisje in Etterbeek. We dalen een trapje af naar zijn heiligdom, zijn catacomben. Een plek vol foto’s, affiches en wielertruien die kriskras verspreid liggen op een grote tafel. Aan de muur hangen de ‘speciallekes’, wielertruien waar Pierrot toch nog een tikkeltje extra belang aan hecht. “Als je een tricot krijgt van een kampioen, dan betekent dat veel, heel veel. Dan erkennen ze dat je op een of andere manier hebt bijgedragen tot hun succes. Het is de opperste vorm van appreciatie.”

Er hangen twee truien van Eddy Merckx: een gele en een regenboogtrui. Allebei gesigneerd. Daarnaast een felgeel exemplaar van Luis Ocana, nadat die in 1970 de Ronde van Spanje had gewonnen. “Ik was dat jaar verzorger bij BIC. Roger Rosiers vroeg me of ik Ocana wat tips kon geven over hoe hij het leven van een wielrenner moest leiden. Dat waren dan vooral voedingstips. Hij moet het blijkbaar gewaardeerd hebben, want na de Vuelta kreeg ik deze trui cadeau. Jaja, Luis was ‘ne specialen’.”

Lees het volledige artikel in de nieuwe editie van Poggio, nu verkrijgbaar in de winkel, HIER online te bestellen of HIER online te lezen via Blendle. Abonneer je HIER en geniet van onze aantrekkelijke abonnementsformules!