Deel dit artikel:
Klik op elke klim om het profiel, de kliminfo en het Strava-segment te zien.
Rit 11 – 15 juli: Pau – Cauterets (188 km)
Dit had Servais Knaven in de Tourgids van cycling.be magazine (nu in de winkel!) te zeggen over de tweede Pyreneeënetappe:
“In vergelijking met de dag voordien is dit wel bekend terrein. De Col d’Aspin (1ste cat., na 105 km) en de Col du Tourmalet (buiten categorie, na 129,5 km) keren zowat jaarlijks terug in de Ronde van Frankrijk. Dit lijkt me een prima etappe voor een groepje vluchters. Ik acht een vrijgeleide niet uitgesloten. De aankomst is niet zo lastig. Ik denk dus niet dat de ravage op de slotklim gigantisch zal zijn. Maar het blijft wel een bergrit en er zijn ook nog de bonificatieseconden aan de meet (4 km na de laatste klim over de Côte de Cauterets, 3de cat.). Renners die de eerste tien dagen een achterstand hebben opgelopen, zullen zeker op zoek gaan naar die seconden.”
Rit 12 – 16 juli: Lannemezan – Plateau de Beille (195 km)
Jelle Vanendert verdiende in 2011 eeuwige roem door op Plateau de Beille nog eens voor Belgisch Toursucces in een bergrit te zorgen. De laatste van de drie Pyreneeënritten eindigt opnieuw in dit skidorp, maar niet voordat de Portet d’Aspet (waar het drama met Casartelli plaatsvond), Col de la Core en Port de Lers aan bod komen.
Servais Knaven:
“Een lange en zware Pyreneeënrit. Veel zal afhangen van de ploeg die de gele trui in het bezit heeft. Die ploeg moet sterk genoeg zijn om de etappe te controleren. Als je daar nog over negen renners beschikt is dat een voordeel, maar een garantie is het niet. Controle wordt ook meer en meer het codewoord. De ploeg van de gele trui zal op zo’n dag niet specifiek rijden om de etappe te winnen. De rit kent een aanloop van 40 kilometer naar de eerste klim van de dag, de Col de Portet d’Aspet. Ik voorspel dat pas daar een vlucht tot stand komt.”
In het julinummer, nu in de winkel! Of lees het volledige interview nu onmiddellijk digitaal via Blendle. Klik hier, meld je aan via Blendle.
