Ja! Het is zover. De Heilige Week. Met een hoofdletter, jawel. Gent-Wevelgem luidt de komst van ‘Vlaanderens Mooiste’ in. Nog een paar keer slapen en we mogen weer! Genieten van de koers der koersen, de Ronde van Vlaanderen.
Maar eerst Gent-Wevelgem dus. En die beloofde meteen spektakel. Ijzig koud, wind en regen. Flandrienweer dus. Of Flandrienneweer. Nog beter. Op zo’n momenten ben ik blij dat ik het wielrennen achter mij heb gelaten. Want eerlijk: starten in de regen doet niemand graag. Als je van de bus richting de teampresentatie gaat en nadien opnieuw de bus binnenstapt, ben je doorweekt. En dan moet de wedstrijd nog van start gaan. Gezellig is anders.
Een extra jasje aan en vooruit dan maar! En die extra jasjes maken het voor ons als commentatoren dan weer extra moeilijk. Want zo blijven, uiteraard, de rugnummers bedekt. En rugnummers zorgen er nu eenmaal voor dat we rensters snel kunnen herkennen. Gelukkig heeft elke renster een eigen stijl en kun je vaak van ver zien wie aan zet is. Het vergt wat kennis en ervaring, dat wel.
Lotte Kopecky maakte furore op de Kemmelberg, maar het was uiteindelijk haar ploeggenote Marlen Reusser die de slimste was. Na een solo van 40 kilometer kwam ze langs onze commentaarcabine als eerste over de finish gebold. Een grande dame, letterlijk en figuurlijk. Ze is niet enkel profrenster, maar ook arts van opleiding. Ze is politiek actief, heeft een uitgesproken mening over het milieu én is al jaren vegetariër. Een vrouw met een mening. Hebben we graag. Het is haar van ganser harte gegund, die overwinning.